Geleidewolf

Geleidewolf

17 december 2024 om 13:44

Vragen en antwoorden Mirjam Sterk gedeputeerde Provincie Utrecht

In aflevering 18 spreken we met de provincie Utrecht. Gedeputeerde Mirjam Sterk heeft onze verzoeken om aan te schuiven in de podcast meerdere malen afgewezen, met als argument een gebrek aan tijd. Ondertussen stond er geen letter over onze case in het concept wolvenplan dat begin december uitlekte en werd weggestemd. Daardoor voelen wij ons niet gehoord en zijn we in gesprek gegaan met een aantal statenleden. Juliëtte van Gilse (VVD), Ans Oude Luttukhuis (BBB) en Monique van den Broek (BBB).

Hoewel Mirjam Sterk niet bij ons wou aanschuiven, mochten we wel schriftelijke vragen stellen. Deze en de antwoorden lees je hieronder.

Thema 1: Beleid en bescherming van wolven versus inwoners  

1. Op de website van de provincie Utrecht staat dat de provincie als taak heeft om de wolf te beschermen. Hoe verhoudt deze taak zich tot de bescherming van de menselijke inwoners van de provincie?  

De gemeente is het bevoegd gezag voor de openbare veiligheid en de provincie is dat voor de Omgevingswet (voorheen Wet natuurbescherming). Dit laatste betekent de wettelijke bescherming van de wolf met de daarbij behorende verplichtingen. Het belangrijkste instrument hierbij is vergunningverlening. Wanneer er sprake is van een probleemsituatie of een probleemwolf kunnen wij vergunning verlenen tot negatieve conditionering of in het ergste geval tot afschot, ter bescherming van mens en dier. Ook gebruiken wij, samen met alle bij de wolf betrokken medeoverheden en andere partners, communicatie en publieksvoorlichting met datzelfde doel.

2. Hoe beoordeelt u het huidige risico dat wolven vormen voor de lokale bevolking? Dit mede naar aanleiding van recente incidenten, zoals een wolf die een meisje beet, een hond aanviel, een hond meenam, of op andere wijze contact zocht met recreanten en bewoners. 

De experts van de Zoogdiervereniging beoordelen de incidenten volgens de eigen interventierichtlijn als probleemsituaties. Die beoordeling, met bijpassende handelingsperspectieven, volgen en verspreiden wij ook.

Bij melding van een incident bij de politie wordt het politieprotocol gevolgd en volgt feitenonderzoek. Incidenten worden ook gemeld bij het Wolvenmeldpunt, ondergebracht bij de Zoogdiervereniging. Afgelopen zomer hebben wij hen om duiding en (handelings)advies gevraagd bij de incidenten die bij het Wolvenmeldpunt bekend zijn. Volgens de adviezen bij de genoemde incidenten is er sprake van dusdanige probleemsituaties, dat wij het instrument vergunningverlening inzetten. Andere partijen kunnen een ander oordeel over een situatie vellen en kunnen een vergunning aanvragen voor interventies die zij nodig achten.

Tenslotte schrijft u “zoals een wolf die een meisje beet.” Forensisch experts van de politie zijn, na DNA-afname op een stuk beschadigde kleding uit dit incident, tot de conclusie gekomen dat er mogelijk sprake was van uit een tandafdruk, geen beet.  

3. Wat is de status van de vergunningsaanvraag of bezwaarprocedure voor het gebruik van paintballgeweren om wolven af te schrikken, te zenderen of af te schieten?  Zie het persbericht van 26.11 rond onze wens voor zendering van de hele roedel. Dit betreft een nieuwe onderzoeksvergunningsaanvraag. De eerdere vergunningsaanvraag is ingetrokken.

4. Wat zijn de criteria voor strengere maatregelen, zoals het afschieten van een wolf? Hoe wordt dit proces geëvalueerd?Een burgemeester is bevoegd om bij acuut gevaar een wolf te schieten op grond van de Gemeentewet. In dat geval gaat de openbare veiligheid van mensen voor, aldus het huidige IPO-wolvenplan (dit plan wordt op dit moment herzien). De provincie is bevoegd om omgevingsvergunningen af te geven als het noodzakelijk is om verbodsbepalingen ten aanzien van deze soort te overtreden. Hierbij wordt getoetst aan het wettelijk belang, het gebrek aan een andere effectieve oplossing en het niet negatief beïnvloeden van de staat van instandhouding. Zie verder het antwoord op vraag 2. Bij het duiden van incidenten worden deze ‘afgezet’ tegen de interventierichtlijnen van het IPO-wolvenplan. Deze richtlijnen worden eventueel herzien als daar aanleiding voor is.  

5. Vergeleken met provincies zoals Gelderland en Drenthe lijkt Utrecht een afwachtende houding aan te nemen. Hoe beoordeelt u deze aanpak?  Het is onduidelijk waar u dit op baseert en wat u bedoelt met afwachtend. Wij trekken juist ook mèt andere provincies op, bijvoorbeeld bij de ontwikkeling van de vergunning. Wij anticiperen op situaties die kunnen ontstaan en bereiden ons hierop voor. Wij hebben adviezen gevraagd van advocaten voor situaties die landelijk nog niet eerder zijn voorgekomen. Ook brengen wij herhaaldelijk bij staatssecretaris Rummenie onder de aandacht dat er sprake is van hiaten in de wetgeving. De afgelopen maanden wilden wij vaak handelen, maar kon dat niet snel genoeg vanwege de huidige wet- en regelgeving. Als het aan ons lag, waren de Utrechtse wolven al maanden geleden gezenderd, maar de huidige wet- en regelgeving maakt dat helaas niet mogelijk.  

Thema 2: Samenwerking en aanpak  

 6. Hoe werkt de provincie samen met lokale gemeenten en andere betrokken partijen om een gecoördineerde aanpak te ontwikkelen voor het beheer van de wolvenpopulatie?  Er is vooralsnog geen sprake van beheer, want daarvoor moet eerst sprake zijn van een duurzame staat van instandhouding. De beoordeling van de gunstige staat van instandhouding is een taak en bevoegdheid van de individuele Europese lidstaten.

Qua samenwerking rond de wolf noemen wij graag het IPO-wolvenplan en de bijbehorende richtlijnen die momenteel worden herzien. Dit is een proces waar de VNG ook bij betrokken is. Daarnaast hebben we input van enkele gemeenten op dit plan gevraagd en hun visie ingebracht in het landelijke proces. Ook werken het ministerie van LVVN en de provincies samen aan een Landelijke Uitvoeringsagenda Wolf (nu nog concept). Met de betrokken gemeenten is regelmatig ambtelijk en bestuurlijk overleg over o.a. communicatie en ter versterking van de verschillende rollen. Hetzelfde geldt voor samenwerking met de verschillende terreinbeherende organisaties in onze provincie.

7. Overweegt de provincie een wolvencommissie, vergelijkbaar met die in Gelderland, om advies te geven over de omgang met wolven? Wie zouden volgens u in zo’n commissie plaats moeten nemen?  Nee, vooralsnog niet. De agendapunten ‘Landelijk Informatiepunt Wolf’ (LIW) en ‘Landelijk Deskundigenteam wolf’ maken onderdeel uit van de ‘Landelijke Uitvoeringsagenda Wolf’, die nu nog in concept is. Pas wanneer beide punten zijn uitgewerkt en geïmplementeerd wordt helder of een wolvencommissie van aanvullende waarde kan zijn voor de provincie of niet.

8. In de media wordt vermeld dat de provincie besloten heeft om rustgebieden voor wolven aan te wijzen. Welke maatregelen neemt de provincie om ervoor te zorgen dat wolven ook in deze rustgebieden blijven? Zo niet, hoe denkt de provincie dat deze gebieden bijdragen aan de veiligheid van bezoekers?  Dit is geen media-uiting die zijn bron vindt bij de provincie. Er zal binnen de Landelijke Uitvoeringsagenda Wolf (concept) gewerkt worden aan een ruimtelijke visie wolf. Wellicht doelt u op de bredere motie (Geef dieren in het wild rust en ruimte) die recent is aangenomen. We onderzoeken momenteel de mogelijke consequenties van deze motie, nemen de aanwezigheid van de wolf daarin mee, en komen begin volgend jaar met een update hierover.

Momenteel zijn er door de provincie enkel gebieden voor de winterrust van ganzen ingesteld. Wel is het mogelijk dat andere terreineigenaren zoals Staatsbosbeheer en Utrechts Landschap rustgebieden ingesteld hebben. Het is dus nog niet bekend of, hoeveel of waar eventuele andere rustgebieden worden ingesteld.

 9. Hoe ondersteunt de provincie lokale bestuurders die maatregelen willen nemen tegen de wolf vanuit een oogpunt van veiligheid?  Zie ook het antwoord op vragen 5 en 6. 

Ondersteuning gebeurt op meerdere manieren en op verschillende niveaus. Wij hebben bijvoorbeeld onze advocaten om advies gevraagd voor meer helderheid rond de gemeentelijke rol met betrekking tot gebiedsafsluiting. Gemeenten kunnen gebruikmaken van de handreiking wolf van de VNG. Een goede route voor hen is ook om de VNG te vragen dit document te verhelderen op punten die voor hen nog niet helder genoeg zijn. Oftewel, niet alles loopt via de provincie en/of het Rijk. Als provincie  beleggen we regelmatig burgmeesterbijeenkomsten over het thema wolf. Ook hebben we afgelopen zomer vragen van gemeenten op het gebied van veiligheid aan onze wolvenexperts voorgelegd en ondersteunen wij hen op het niveau van beleid en communicatie.  

Thema 3: Veiligheid en praktische gevolgen voor inwoners  

 10. Welke voorlichtings- en educatieprogramma’s zijn er opgezet om inwoners te informeren over de wolven in onze regio? Hoeveel van deze programma’s zijn specifiek gericht op mensen met een beperking?  

Waar het gaat om specifieke natuureducatie gericht op de wolf is in het Omgevingsprogramma Faunabeleid en Monitoring aangegeven dat natuureducatie primair belegd is bij onze natuurbelevingspartners (IVNUtrechts Landschap etc.). Informatie over hoe samen te leven met de wolf gebeurt via de inzet van een wolvenconsulent, verspreiding van informatie via onze eigen kanalen en ondersteuning daarbij van anderen (zoals gemeenten). Over (de beschikbaarheid en inhoud van) voorlichtings- en educatieprogramma’s van partijen waar wij als provincie geen betrokkenheid hebben, kunnen wij geen uitspraken doen. Dat geldt ook voor hun eventuele toespitsing op specifieke doelgroepen. Informatie die wij als provincie over dit onderwerp verspreiden is niet specifiek gericht op mensen met een beperking.

11. Hoe waarborgt de provincie dat feitelijke informatie in voorlichtingsprogramma’s actueel en correct is?  Zulke waarborging kunnen wij enkel waarmaken wanneer wij zelf communiceren of betrokken zijn bij de communicatie van derden. Als provincie communiceren we alleen feitelijk.

 - Er zijn voorbeelden bekend van achterhaalde adviezen, zoals dat wolven zich laten verjagen als je jezelf groot maakt. Hoe voorkomt de provincie dit?  Zie het antwoord hierboven. Als provincie winnen wij regelmatig advies in bij externe, onafhankelijke wolvenexperts en volgen we de routes zoals verwoord bij antwoord 2. Wij hebben geen ‘eigen’ wolvendeskundigen. Wij ondersteunen terreinbeherende organisaties in hun informatievoorziening en wijzen op de basisregels die gebaseerd zijn op wetenschappelijke inzichten en praktijkervaring

 - Hoe wordt rekening gehouden met mensen voor wie deze adviezen niet toepasbaar zijn, zoals mensen met assistentiehonden?  

Wij zijn ons ervan bewust dat een advies voor veel mensen verstrekkende gevolgen kan hebben. Zowel voor mensen met als zonder een beperking.  Naast algemene informatie over wat wel en niet kan in gebieden waar wolven leven, de basisregels en eventueel aanvullende adviezen vanuit de provincie, gemeente of terreinbeherende organisatie, is er een eigen overweging die inwoners zullen moeten maken.

Voor de specifieke situatie voor mensen met een assistentiehond kan wellicht bij organisaties rond de inzet van assistentiehonden aanvullend advies ingewonnen worden.

 12. Hoe ziet de provincie de invulling van de dagelijkse losloopverplichting van 30 minuten voor assistentiehonden, nu eigenaren verder moeten reizen om dit veilig te kunnen doen?  Wij betreuren het uiteraard dat deze eigenaren verder moeten reizen en hopen dat zij met bijvoorbeeld kennisinstanties rond de inzet van assistentiehonden tot een oplossing voor deze specifieke situatie kunnen komen. Zie tegelijkertijd ook de verschillende hierboven gegeven antwoorden over onze rol, instrumenten en hoe wij kennis van derden betrekken. 

13. Wie compenseert de extra kosten voor reizen naar veiligere gebieden, zoals openbaar vervoer of taxi’s, voor mensen met assistentiehonden?  

Hoewel we ons best doen, bijvoorbeeld met een subsidie voor wolfwerende rasters, voorziet de provincie niet in oplossingen en/of financiële maatregelen voor alle mogelijke problemen die ontstaan bij het samenleven met wilde dieren. Beleid voor mensen met een assistentiehond ligt eerder op het terrein van de gemeente dan van de provincie.

14. Overweegt de provincie om naast landbouwers en paardeneigenaren ook andere groepen te compenseren? Denk aan huisdiereigenaren, ondernemers die extra kosten maken door de aanwezigheid van wolven of mensen die zich niet langer veilig en vrij voelen op de plek waar ze nu wonen (bederft woongenot) en willen verhuizen.

Op dit moment is dit niet aan de orde. Wel zijn provincies in gesprek over hoe om te gaan met dode en gewonde huisdieren. Het gaat hierbij (nog) niet over een tegemoetkomingsregeling, maar bijvoorbeeld wel over eventuele bezoeken om vermoedelijke wolvenschade in kaart te brengen en hier kennis over te verzamelen.

 15. Hoe kijkt de provincie naar 2025 met betrekking tot de veiligheid van inwoners en hun behoefte om de natuur te kunnen blijven gebruiken?  

Dit beeld is niet anders dan dat van 2024: we hebben met de aanwezigheid van de wolf te maken en daar moeten we ons toe verhouden. Omdat we wel willen samenleven met de wolf, vinden wij het ook zo belangrijk om de wolf te kunnen vangen, verdoven en zenderen. Zo kunnen we de wolf beter volgen en van zijn gedrag leren. En met dat soort informatie kunnen we, samen met andere overheden, maatregelen nemen om mens en wolf beter te beschermen. 

16: Wat zijn, naast de lange termijn plannen om landelijk beleid te krijgen, de plannen op de korte termijn van de provincie Utrecht om verdere incidenten te voorkomen?Zie ook de beantwoording hierboven. Door duidelijke rol invulling, goede betrokkenheid bij de Landelijke Uitvoeringsagenda Wolf en door inzet van het instrument vergunningverlening. Ook met voorlichting van bewoners door alle betrokkenen, maken we mensen alert en hopen we dat zij hun gedrag deels aanpassen aan de aanwezigheid van de wolf.

 17. Sinds september is de situatie van mensen met assistentiehonden in Utrecht ongewijzigd. Welke oplossingen ziet u voor deze groep, die zich niet langer veilig voelt in de bossen?  Zie het antwoord op vraag 12.

18. Bij de start van onze podcast ‘Geleidewolf’ gaf de provincie aan onze invalshoek te waarderen en te steunen. Toch wilt u niet ingaan op onze uitnodiging om deel te nemen, terwijl u via uw woordvoerder steun toezegde. Waarom wordt onze podcast afgewezen, terwijl een collega van de provincie Gelderland ons wel te woord stond?  

Gezien het grote aantal interviewverzoeken dat gedeputeerde Sterk krijgt in dit wolvendossier, moeten wij hierin momenteel keuzes maken.

Thema 4: BIJ12

19: Hoe kan het dat er zoveel onduidelijk is bij BIJ12 over het wel of niet vergoeden van schade bij werkhonden? We doelen specifiek op het dossier van Maarten, diens hond werd op 4 april 2024 aangevallen door een wolf in Langbroek en BIJ12 heeft die schadeclaim in behandeling genomen. Bovendien heeft de taxateur gezegd dat de schade wel onder de BIJ12-regeling zou vallen omdat het hier om een werkhond ging. BIJ12 heeft, naar meneer van der Hoeven 8 maanden aan het lijntje te hebben gehouden, onder druk van onze podcast gemeld dat de schade niet vergoed kan worden. Naar ons inzicht is hier sprake van enorme nalatigheid en misleiding. Hoe kan deze zaak zo uit de hand gelopen zijn?Ook wij vinden het erg verdrietig dat de hond gewond is geraakt. Voor vragen of en waarom er onduidelijkheid bij BIJ12 is, of over (de afhandeling van) deze specifieke casus, verwijzen wij naar hen. Wij begrijpen dat zij inmiddels uitgebreid op deze casus gereageerd hebben.

20: Wat gaat u doen om dit soort zaken, die veel vaker voorkomen, in de toekomst te voorkomen? En wat gaat u doen om bestaande zaken met verkeerde voorlichting vlot te trekken?Het is ons niet helder is waar u op doelt. Wij gaan ervan uit dat de antwoorden hierboven voldoende helder maken wat onze rol en inzet is, zowel provinciaal als interprovinciaal. Voor vragen over onderwerpen waar wij niet over gaan, adviseren wij u te rade te gaan bij de bevoegde partijen (zoals bijvoorbeeld gemeenten wanneer het orde en openbare veiligheid betreft).