Er was eens een meisje genaamd Luna dat in een klein dorpje aan de rand van het bos woonde. Elke avond keek ze naar de maan, die helder aan de hemel straalde, en vroeg zich af waarom de maan soms groot en rond was, en andere keren dun als een sikkel.
Op een nacht, toen de maan op haar hoogst stond, verscheen er een zachte gloed om haar heen. Plots hoorde Luna een stem fluisteren: "Luna, het is tijd om je reis te beginnen. De maan volgt een cyclus, net zoals de vier elementen de wereld in balans houden."
Luna keek om zich heen, maar zag niemand. "Wie spreekt er?" vroeg ze.
"Ik ben de maan," antwoordde de stem vriendelijk. "En ik heb je hulp nodig. De vier elementen zijn uit balans geraakt, en zonder hen kan ik mijn cyclus niet voltooien. Jij moet de Aarde, het Water, het Vuur en de Lucht vinden en ze weer in harmonie brengen."
Met ogen vol nieuwsgierigheid en een hart vol moed besloot Luna de uitdaging aan te gaan.
De eerste halte: Aarde
Luna begon haar reis de volgende ochtend. Ze liep door dichte bossen, langs glooiende heuvels, tot ze een grote, oude boom bereikte. De boom had diepe wortels en leek wel duizenden jaren oud.
"Dit moet de geest van de Aarde zijn," fluisterde Luna tegen zichzelf.
De grond trilde zachtjes en een diepe, geruststellende stem weerklonk: "Luna, waarom zoek je mij op?"
Luna legde het probleem uit, en de Aarde sprak: "De balans is verstoord omdat ik me te zwaar voel. Mijn kracht is te groot geworden, en ik houd de andere elementen gevangen. Neem een handvol van mijn aarde en breng het naar de Geest van het Water. Alleen samen kunnen we in evenwicht komen."
De tweede halte: Water
Luna nam een handvol aarde en ging op weg naar de zee. Ze volgde een kabbelende rivier die haar uiteindelijk naar een eindeloze kustlijn bracht, waar de golven zachtjes tegen het strand sloegen. Het water schitterde in de zon, en plotseling verscheen er een grote golf, die de vorm aannam van een vriendelijke reus.
"Jij moet de geest van het Water zijn," zei Luna terwijl ze een stap naar voren deed.
De Watergeest boog zich naar haar toe en zei met een kalme, vloeiende stem: "Waarom ben je hier, kleine reiziger?"
Luna vertelde het verhaal van de maan en de verstoorde balans van de elementen. Ze liet de handvol aarde zien die ze van de Aarde had meegenomen. De Watergeest keek er aandachtig naar.
"De Aarde heeft gelijk," zei hij. "Ik ben te licht geworden, te vluchtig. Ik kan mijn rivieren niet meer volgen en de zeeën raken uit balans. Het water is rusteloos zonder de zwaarte van de aarde. Gooi de aarde in mijn water, en ik zal weer kracht vinden."
Luna gooide de aarde in de zee, en een zachte gloed verscheen waar het water de aarde raakte. Ze voelde hoe de rust terugkeerde in de golven.
"Dank je, Luna," zei de Watergeest. "Nu moet je naar de Geest van het Vuur. Hij heeft het moeilijk zonder mijn koelte."
De derde halte: Vuur
Luna vervolgde haar reis door het diepe bos, waar ze al snel de rook van een verre vulkaan zag. Hoe dichterbij ze kwam, hoe warmer het werd. Bovenaan de vulkaan zag ze een vurige gloed die in allerlei kleuren oplichtte.
Plotseling sprong er een vurige draak uit de lava, zijn schubben gloeiden als de zon. "Wie durft het Vuur te benaderen?" bulderde hij, maar zijn ogen glinsterden nieuwsgierig.
Luna hield moedig stand en sprak: "Ik ben Luna, en ik ben hier om de balans van de elementen te herstellen. De maan kan haar cyclus niet voltooien zonder jouw hulp."
De Vuurgeest gromde zachtjes. "Het Water heeft me verlaten, en ik ben te heet geworden. Ik ben niet langer de vriendelijke warmte die de wereld verwarmt, maar een ongecontroleerd vuur dat vernietigt. Breng wat water uit de rivier en koel mijn woede."
Luna haalde snel haar drinkfles tevoorschijn, gevuld met water uit de rivier, en sprenkelde een beetje op de vurige grond. Direct doofde een deel van de hitte, en het vuur begon rustiger te branden.
De Vuurgeest glimlachte. "Dank je, Luna. Nu ben ik weer in balans. Maar er is nog één element dat je moet vinden: de Lucht. Zonder hem kunnen de vlammen niet dansen, en de aarde kan niet ademen."
De vierde halte: Lucht
Luna reisde verder, hoog de bergen in. Hoe hoger ze klom, hoe ijler de lucht werd, tot ze op de top van een kale berg stond. Plotseling begon de wind rond haar te draaien, en een zachte, fluitende stem klonk: "Waarom zoek je mij op, kind?"
Luna keek omhoog en zag een zwevende, doorzichtige verschijning van een vogel die in de lucht danste. "Lucht, de maan heeft me op pad gestuurd om jullie allemaal weer in balans te brengen."
De Luchtgeest zuchtte. "Zonder de andere elementen ben ik onrustig, ik ben een storm zonder richting. Mijn bries is te wild geworden. Maar nu de Aarde weer zwaar is, het Water kalm, en het Vuur beheerst, kan ik weer zachtjes over de wereld waaien. Adem diep in, en ik zal je de kracht van de wind geven."
Luna deed wat de Luchtgeest haar vroeg en voelde een frisse wind door haar heen stromen. De lucht werd weer helder, en de storm ging liggen.
Nu de vier elementen weer in balans waren, keerde Luna terug naar haar dorp. Die avond keek ze naar de hemel en zag de maan stralen, vol en rond, zoals ze altijd was geweest. Maar nu wist Luna dat de cyclus van de maan niet alleen door de hemel werd gestuurd, maar door de krachten van de aarde, het water, het vuur en de lucht – en een klein meisje dat de moed had gehad om op avontuur te gaan.